Toen zes van Ferrari's meest prominente werknemers het lef hadden om luidop de vraag te stellen of Enzo's vrouw geen kortere ketting kon aangemeten krijgen aangezien ze ver genoeg de keuken uit kon om zich met het bedrijf te bemoeien, werden ze op staande voet ontslagen.
Twee van deze werknemers, Giotto Bizzarrini en Carlo Chiti, begonnen uit rancune een eigen autobedrijf, Automobile Turismo e Sport, ofwel ATS. Vergeet de Lamborghini Miura, 's werelds eerste sportwagen met middenmotor was de ATS 2500 GT: een ranke lijn met lage neus, schijfremmen rondom en 2500cc V8 van eigen ontwerp, goed voor 220pk en een topsnelheid van 240km/u. De schitterende koets werd gepend door de legendarische Franco Scaglione.
Helaas was het duo minder getalenteerd als het om financiën ging, na twee jaar werd ATS opgedoekt. Minder dan een dozijn 2500 GT's zagen het levenslicht, waarvan slechts 4 of 5 volledig afgewerkt.
Achteraf gezien mogen we dankbaar zijn voor dit faillissement: Chiti richtte Autodelta op, de race divisie van Alfa Romeo, Bizzarrini ging aan de slag bij ASA, waar de 5 jaar eerder door hem ontwikkelde Mille GT gebouwd werd.
(klikbaar voor groter formaat)
